zondag 5 september 2010

~

Hij zat er alsof hij er altijd had gezeten,
op de bedrand van mijn te smalle ledikant,
hij keek doodgemoedereerd en liet me weten:
'Ik ben hoogleraar en weet alles van de hand.'

Mijn ogen moesten even wennen aan het duister,
ik voelde plotseling tien vingers op mijn buik,
hij zei: 'Zo, bijdehand, blijf bij de les en luister,
mijn handelen gaat volgens eeuwenoud gebruik.'

Ik vond het spannend om kracht met hem te meten
en hield mijn handen boven zijn geleerde hoofd
'Wat de prof niet kent, dat zal de prof niet weten,
je kunt me krijgen als je eerst je trouw belooft.'

Hij trok zijn poten van me af en siste kil:
'Vrouwenlippen en paardentanden staan nooit stil.'



Geen opmerkingen:

Een reactie posten