dinsdag 17 november 2009

~

Dromend liep ik langs de stranden,
't was koud, maar mijn vreugde was groot,
ik voelde tussen mij en de natuur weer banden,
toen viel mijn oog op een vogel, hij was dood.

Ik bukte me om zijn zachte vederen
te strelen, maar trok mijn hand terug,
een olielaag bedekte zijn lederen,
zijn veertjes waren vuil en voelden stug.

Hier vond het zijn graf en de zee zong een lied,
ik heb het voorzichtig opgenomen,
de olie deerde mijn handen niet,
ik zocht een plekje... een beter onderkomen.

Ik heb het in de duinen begraven
en van wat schelpen een kruisje gemaakt,
toen ben ik over het strand gaan draven,
ik was door het dode in de war geraakt.

目 1968

Geen opmerkingen:

Een reactie posten